Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
stookolie, brandstof
uitspr.: mazoet
> Fr. mazout < Russisch mazut (petroleumrest) < Arabisch: makhzulat (afval)
WNT:
1. Petroleumresidu dat gebruikt wordt als brandstof; stookolie. In Vl.-België. (ten bosch, Viert. Techn. Wdb. 1930).
- Spoedig bleek deze afval, een strooperige, zwartbruine olie, `mazout’, een voortreffelijk stookmiddel te zijn, (gerretson, `Koninklijke’ 1, 291 1932).
2. Benaming voor een tram met dieselmotor. Gewest. in W.-Vl.
Mazoetje: is een tram met Diesel-motor (gestookt met zware olie = mazout), zooals er loopen van Thielt op Deinze en Brugge op Diksmuide, (Biekorf 39, 62 1933).
Ze komen onze tank met mazoet vullen, nog net op tijd voor de winter begint.
tandwiel van een fiets
> Fr. le pignon: kamwiel
Mijn grootmoeder had nog een fiets met een vaste piong.
(men kon er mee vooruit en achteruit rijden, en bij het rijden bleven de trappers doordraaien)
(Antw.) /pieng ’jon/
stofnaam voor keukenrolpapier
SN: huishoudrol
VD2014 online: Belgisch-Nederlands keukenpapier
Ge hebt gesmost precies. Ik zal het met wat keukenrol proper maken se.
naaien
> dts: sticken: borduren, naaien
Als ik geen draad en naald vind kan ik dat gat in mijn broek niet stikken.
molen waar olie wordt geslagen (uit koolzaad bv.), olieslagerij
zie smoutmolen
Waajer op on de biëk zieste nog de aa slaogmiële (Verderop aan de beek tref je nog de oude slagmolen aan).
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.