Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
driepikkel: drie takken, aan één zijde samengebonden, aan de andere zijde, uit elkaar op de grond gezet
gebruik:
1. om hooi of andere gewassen op te drogen
2. om een kookpot boven een kampvuur aan te hangen
Me zulle_n_is ne pikkel sjorre. (we zullen eens een driepikkel sjorren)
handen, vingers, voeten
zie ook: pikkels, met zijn ~ omhoog liggen
Ge blijft met uw pikkels af van die postuurkes. Potje breek, potje betaal. Knoop het in uw oren.
en bleft_t_(eu)r mèj_j_(eu)w vo(eu)l pikkels_z_af!
en blijf er af met je vuile handen! (1001, 30 mrt 2010)
vinger
Prov. Antw.: pikkel, pikkels, 2 handen
Die zaak stinkt, blijf daar met je pekkels vanaf.
zweer, puist, pukkel
VD2013 online: gewestelijk
’k Hem ne ferr(eu)me pikkel (oe)p…
handen, vingers, voeten
zie ook: pikkels, met zijn ~ omhoog liggen
Ge blijft met uw pikkels af van die postuurkes. Potje breek, potje betaal. Knoop het in uw oren.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.