Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
driepikkel: drie takken, aan één zijde samengebonden, aan de andere zijde, uit elkaar op de grond gezet
gebruik:
1. om hooi of andere gewassen op te drogen
2. om een kookpot boven een kampvuur aan te hangen
Me zulle_n_is ne pikkel sjorre.
(we zullen eens een driepikkel sjorren)
komt uit het frans maar in zuidwestvlaanderen nog steeds gebruikt i.p.v. kookpot
zie ook kastrol, castrol, pot
zet de casserole maar op het fornuis
kookpot, stoofpot, pot
ook castrol
< Fr.: casserole
Pak die kastrol met pannenlappen vast, anders brand je je vingers.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.