Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Oude Zeemanstaal.
Eindsplits.
Manier om uitrafelen van een geslagen touw te vermijden.
De kardelen werden omgebogen en terug in zichzelf gesplist.
Dit touweinde noemt men ook een tamp en met waanzinnig veel fantasie kan men er een penis in herkennen… vandaar.
< waarschijnlijk een verbastering van hondepietje dat zelf een aanpassing is van hondepint.
Volgens het WNT was pint vroeger een benaming voor het mannelijk lid.
In de samenstelling hondepint: “eigenlijk: hondevede; eertijds, als zeemansterm, ook als schertsende benaming voor: stopper.”
Die lijn kan je niet inscheren…
(Een lijn invoeren in een blok) want zo’n dik “nonnepietje” krijg je nooit door dat blok.
(Een blok is voor de zeeman wat een katrol is voor verhuizers en andere landrotten.)
Nog even dit; aan boord zijn er geen touwen, ze hebben allemaal een naam en mocht iemand de juiste naam niet kennen… dan spreekt men over een lijn.
grommen
regio: Zuiderkempen
Onze vader, als die zijn goesting niet kreeg, dan kon die nen hele dag klokkend in huis rondlopen.
stukje mager varkensvlees
moeder bestelde bij de beenhouwer een stuk zwiene rowelle, dit was het magerste stuk van het varken
stukje mager varkensvlees
moeder bestelde bij de beenhouwer een stuk zwiene rowelle, dit was het magerste stuk van het varken
appelmoes
zie ook klokspijs
Bloedworst met pureepatatten en appelspijs is heerlijk.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.