Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
overkappen, overkiepen
zie ook kippen
Die saus kan niet allemaal in dat klein potje. Kipt dat maar over in een groter dan.
- een lading lossen
- kiepen
< Duits: kippen
met een vz.: uitkippen, afkippen, omkippen, overkippen
de vrachtwagen kipte de lading zand vlak naast onze deur, alleen de kinderen vonden het plezant
omkiepen, omkieperen, omgooien
zie ook kippen, uitkippen, afkippen
Ons Woutje heeft te straks zijne beker melk omgekipt met zijne elleboog.
Den emmer met water is omgekipt met er tegen te lopen. Met den aftrekker is de koer rap proper gemaakt.
- een lading lossen
- kiepen
< Duits: kippen
de vrachtwagen kipte de lading zand vlak naast onze deur, alleen de kinderen vonden het plezant
iemand die veel floddert (flodderen in de betekenis van knuffelen, flemen)
vr: flodderaarster, flodderbees, floddertrees, floddergat
zie ook flodderen
Toen onze Jeroen klein was, was dat een echte flodderaar. Dan kwam hem zijn eigen in uw schoot nestelen, ene arm rond uw nek en dan maar tutteren op zijn duim.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.