Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Reacties van nthn

    Vlaamse uitspraak

    “Spanj en Portugal zijn buurlanden.”
    of
    “Spanjen en Portugal zijn buurlanden.”

    Voor mij kan het alletwee (en idem voor alle andere landen/eigennamen die eindigen op een doffe e), misschien met een voorkeur voor de tweede optie. Het is een zeer curieus geval.
    De eerste optie volgt de grammatica- en uitspraakregel voor vrouwelijke woorden (als ze eindigen op een doffe e en het volgend woord begint met een klinker, valt de doffe e weg), ondanks het feit dat ‘Spanje’ onzijdig is (*).
    De tweede optie volgt de grammatica- en uitspraakregel voor (mannelijke en) onzijdige woorden. Voor iemand van Oost-Vlaanderen geldt dat de eind-n van mannelijke én onzijdige woorden altijd wordt uitgesproken (tenzij er een medeklinker die geen b, d, h of t is op volgt), in tegenstelling tot praktisch al de rest die die eind-n’en alleen uitspreekt bij mannelijke woorden, of als er een klinker op volgt (soms ook als er b, d, h of t op volgt). ‘Spanjen’ is inderdaad de vorm die mij het normaalst lijkt (“ik vertrek mèren naar Spanjen”) – de uitspraak ervan zou in een dialectspelling met ‘Spãjen’ kunnen weergegeven worden, met ã als iet of wat nasale a – maar van ‘Spanje’ maak ik nu niet direct een probleem (“ik vertrek mèren naar Spanje” kan ook) – uitspraak ‘Spãj’. Hoe komt dat?

    ‘Spanje’ is in het Latijn, net als alle andere landen die op een doffe e eindigen, wel vrouwelijk. Misschien is er daar een deel van de verklaring te zoeken. Misschien is het door gewenning aan de vorm ‘Spanje’ die in NL en alle ‘mij’ omringende dialecten gebruikt wordt dat de naam enigszins losgekoppeld wordt van de grammatica. Misschien is het juist het taalgevoel dat woorden die op een doffe e eindigen of eindigden dikwijls vrouwelijk zijn dat voor de twee mogelijkheden zorgt. Misschien de combinatie van de drie en nog een aantal andere factoren?

    Toegevoegd door nthn op 12 Feb 2022 23:37

    pier

    Ik denk dat een VL wel gemakkelijker ‘pier’ in de mond neemt dan een NL, maar dat is maar een vermoeden.

    Toegevoegd door nthn op 09 Feb 2022 20:13

    fluttezuger

    Het schiet mij juist te binnen dat fluit in NL niet of weinig gebruikt wordt. Vermoedelijk zal ‘fluitenzuiger’ dus beperkt zijn tot (West-)Vlaanderen.

    Toegevoegd door nthn op 07 Feb 2022 00:28

    fluttezuger

    Het zou met één t moeten zijn (de ‘u’ die ervoor staat is een in W-Vl kort uitgesproken lange klank (ui) waar er dus geen medeklinkerverdubbeling bij optreedt), maar uiteindelijk is dit gewoon (een weergave van) de West-Vlaamse uitspraak van ‘fluitenzuiger’. Is dat specifiek (West-)Vlaams? Ik weet het niet, ik ken het niet.

    Bedoelde met ‘praktiserend’ hier dat de man poept met andere mannen (i.t.t. een ‘geheime minnaar’ of iets in diene stijl)?

    In alle geval, welkom bij de VW, Clausewitz.

    Toegevoegd door nthn op 07 Feb 2022 00:24

    commissieloon

    Tja, ons commissieloon is in se ook een soort beloning, alleen is het verschil dat dat bij ons op papier staat en getaxeerd wordt. Ik denk niet dat ze in NL taksen betalen op hun commissielonen. Ge ziet, met Hollanders moete altijd opletten.

    Toegevoegd door nthn op 02 Feb 2022 20:52

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.