Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
hebben
uitspraak met scherpe ‘e’, de ‘h’ wordt niet uitgesproken
in gebruik in West-Vlaanderen en westelijk+centraal Oost-Vlaanderen
OTT: ik he, gij he(d), hij he(d) (W-Vl)/ hij hee(d) (O-Vl)
? aan de kust wordt in de 1e persoon enkelvoud altijd de infinitief gebruikt, en is het dus ‘ik hen’
OVT: de infinitief is ‘hadden’, behalve aan de kust, waar het door het wegvallen van de ‘dd’, het nimmer uitspreken van de doffe e (een kenmerk van alle West- en Oost-Vlaamse dialecten) en het wél uitspreken van de eind-n in werkwoorden en verkleinwoorden (eveneens kenmerkend voor West- en Oost-Vlaamse dialecten), ±’haan’ is geworden
? omwille van voorgaande regel is de 1e persoon enkelvoud van de OVT aan de kust dus ook ‘ik haan’
zie ook hemmen
Dien Hollander was der vanalles en nog wa aan ’t zeggen, ma ’k en he der niet van verstaan.
hebben
uitspraak met scherpe ‘e’, de ‘h’ wordt niet uitgesproken
in gebruik in West-Vlaanderen en westelijk+centraal Oost-Vlaanderen
OTT: ik he, gij he(d), hij he(d) (W-Vl)/ hij hee(d) (O-Vl)
> aan de kust wordt in de 1e persoon enkelvoud altijd de infinitief gebruikt, en is het dus ‘ik hen’ en Oost-Vlaamse dialecten) en het wél uitspreken van de eind-n in werkwoorden en verkleinwoorden (eveneens kenmerkend voor West- en Oost-Vlaamse dialecten), ±’haan’ is geworden
OVT: de infinitief is ‘hadden’, behalve aan de kust, waar het door het wegvallen van de ‘dd’, het nimmer uitspreken van de doffe e (een kenmerk van alle West
→ omwille van voorgaande regel is de 1e persoon enkelvoud van de OVT aan de kust dus ook ‘ik haan’
zie ook hemmen
Dien Hollander was der vanalles en nog wa aan ’t zeggen, ma ’k en he der niet van verstaan.
hebben
uitspraak met scherpe ‘e’, de ‘h’ wordt niet uitgesproken
in gebruik in West-Vlaanderen en westelijk+centraal Oost-Vlaanderen
OTT: ik he, gij he(d), hij he(d) (W-Vl)/ hij hee(d) (O-Vl)
→ aan de kust wordt in de 1e persoon enkelvoud altijd de infinitief gebruikt, en is het dus “ik hen”
zie ook hemmen
Dien Hollander was der vanalles en nog wa aan ’t zeggen, ma ’k en he der niet van verstaan.
vele keren
NL en meestal ook in tussentaal: vaak
vergrotende trap: dikwijlser (zie dikwijlder)
overtreffende trap: dikwijlst
(Woordenboek der Nederlandsche Taal: In de oudere taal ook in den vergrootenden trap.
“Waartoe hy hun dikwylser fiere dan smeekende taal hield”, Hooft, (1642)).
in Limburg: dek
In de media hoort of leest men bekan nooit meer ‘dikwijls’. Een enkele keer staat het nog in de Gazet Van Antwerpen.
Zijt maar gerust dat ik daar dikwijlser geweest ben dan gij. Ik ken dat daar rats van buiten.
Dat is goed, en meer dan nodig, want vaak geven vrouwen – die het dikwijlst slachtoffer van partnergeweld zijn – die signalen zelf niet. (standaard.be)
> andere betekenis van dikwijls
Wat is er (met u) (aan de hand)?
wordt dikwijls, al dan niet ironisch, agressief gebruikt
interessant aan deze uitdrukking is dat ze in gans Vlaanderen wordt gebruikt, hoewel ‘t’/‘het’ op zich – in de betekenis van ‘der’ – heden ten dage enkel nog in West- en Oost-Vlaanderen en de Antwerpse Kempen voorkomt
zie ook hoe is ’t
Wa is ’t he jong, heb ’k iet van ou aan ofwa?
Awel, wa is ’t? Wa is er gebeurd?
Wa is ’t? Voorwat zijn we gestopt?
Wa is ’t? Eieren of jong?
Wat is het (der), ge ziet zo bleek?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.