Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door nthn

    ba
    (tussenwerpsel)

    Versterkend tussenwerpsel dat in erg veel omstandigheden kan worden gebruikt in ja/nee-antwoorden op een vraag. Er zou voor elk woord of elke woordgroep die begint met ba een lemma kunnen worden gemaakt, maar dat zou ons een beetje te ver leiden.

    wordt in het West-Vlaams uitgebreider gebruikt dan in de rest van Vlaanderen, zie commentaren

    zie joak, bajaak, banink

    Ba nink. Maar neen ik. Da woare gie toch die do was? Ba nink!

    Ba joaz. Maar ja zij. Z’é zie toch meegelopen in d’Illig Bloeprocessie? Ba joaz. Ze heeft toch meegelopen in de Heilige Bloedprocessie? Maar zeker dat.

    Er bestaan dus versies als ba joak, ba nin, ba nint, ba joat, ba joaj, enz.

    Het wordt erg speciaal als het de uitdrukking is van ‘toch wel’, een positief antwoord op een negatieve vraag : Je woar gie do toch nie? Ba ’k en doeën!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 12 Feb 2020 18:21
    5 reactie(s)

    de pist in zijn
    (uitdr.)

    vertrekken; sortie, van ~ gaan

    zie pist, de ~ in zijn

    Kom mee, we zijn de pist in.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 12 Feb 2020 18:21
    4 reactie(s)

    pist, de ~ in zijn
    (uitdr.)

    plotseling verdwenen zijn, ribbedebie zijn, piepedada zijn, weggaan; sortie, van ~ gaan

    vgl. pist, de ~ uit zijn

    Toen de afwas moest gedaan worden, was hij de pist in.
    Al twaalf uur? Ik ben de pist in.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 12 Feb 2020 18:20
    4 reactie(s)

    pist, de ~ uit zijn
    (uitdr.)

    dood zijn, gestorven zijn

    zie ook pist, de ~ in zijn

    JP, ne goeie mens, hard gewerkt, nooit ziek geweest, en nu ineens, van vandaag op morgen is em de pist uit.

    Regio Antwerpse Kempen
    Bewerking door nthn op 12 Feb 2020 18:19
    0 reactie(s)

    pist, de ~ in zijn
    (uitdr.)

    plotseling verdwenen zijn, ribbedebie zijn, piepedada zijn, weggaan

    vgl. pist, de ~ uit zijn

    Toen de afwas moest gedaan worden, was hij de pist in.
    Al twaalf uur? Ik ben de pist in.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 12 Feb 2020 18:19
    4 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.