Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Bij mijn weten is ne filou een geslepen gast, een bedrieger, een smeerlapke, dus.
Het wordt ook schertsend, vriendelijk gezegd van een man, jongen, of dier die onschuldige deugnieterij uithalen. Maar, in Antwerpen tenminste, is ne filou nooit een dwaas of een achterlijke, integendeel.
Is het geen SN?
In Van Dale aaneengeschreven. (Voor mij is het meervoud wel halvegares, zoals in het voorbeeld, en niet halvegaren)
halvegare
zelfstandig naamwoord; de (m/v); meervoud: halvegaren
1.gek, dwaas
Welkom aliasm. ‘De draak heeft zijn eieren gelegd’ is bij mijn weten niet bekend in het Antwerpse. Is het mogelijk een kleinere regio aan te duiden aub?
Ik vraag mij af of ‘komen opdraven’ helemaal hetzelfde is als ‘een verschijning maken’.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.
