Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
middag, van 12 uur tot 13 uur ’s noens
zie ook snoenes
WNT:
Mnl. noen en noene, gelijk thans nog in het Wvl.
In de latere taal wordt met noen meer het eigenlijke middaguur bedoeld. In de noordelijke provinciën wordt noen niet meer gebruikt, in de zuidelijke is het nog altijd gewoon (een zeer gebruikelijke vorm is daar noenend: verg. avond, morgend). De middag, eigenlijk het tijdstip van 12 ure, maar in het dagelijksch leven de tijd ongeveer van 12 tot 1 ure, wanneer de voornaamste maaltijd wordt gehouden.
Deze noen eten we spineus me stoemp en spek, mmm.
Op de noen horen we altijd het kerkklokske van het begijnhof luiden.
’s middags
zie ook snoens, noen
Snoenes eten we altijd in de refter op school.
Snoenes eten we gewoonlijk ons middagmaal.
snoepdoos in metaal, glas of blik.
Onze spekkedoze is er nu eentje zoals in de tijd van toen, namelijk een oude steriliseerbokaal met klem.
dikke brij die overbleef na het ledigen van de aalput
bij De Bo (1873) ook dikkaard
in Loquela (1895) wordt moer vermeld in den zin van ”grond, dikkaard, ook van staande of loopende water gezeid”. (WNT)
Met de neus dichtgeknepen keken we afkerig over de rand naar de dikkaard die op de bodem van de aalput was blijven liggen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.