Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door fansy

    pagadder
    (de ~ (m.), ~s)

    kleine jongen of meisje, meestal vertederend bedoeld!

    < Het woord “pagadder” is afgeleid van het Spaanse woord “pagador”, van het werkwoord pagar = betalen. Pagadores waren de betaalmeesters van de soldij voor de Spanjaarden die in Antwerpen gelegerd waren en die te klein van stuk waren om deel te nemen aan de gevechten. Vandaar de latere bijnaam voor kleine kinderen die nu nog gebruikt wordt: “pagadders”. (Wikipedia)

    andere verklaring: "Het woord pagadder werd door de Spaanse bezetter quasi-minachtend gebruikt voor de Antwerpenaars die buiten de stadswallen, de “Spaanse vesten”, woonden: ze waren zogezegd voor niets anders goed dan om te betalen, om af te dragen aan de Staat of het bewind – binnen de vesten woonden de poorters, de Seigneurs, de Sinjoren." (http://www.geschiedenisvanantwerpen.be/forum)

    De juf vertelt een sprookje aan haar pagadders.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 14 Jan 2017 02:58
    1 reactie(s)

    gat, in ’t ~ steken
    (uitdr.)

    zie in ’t gat steken

    -

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 14 Jan 2017 02:56
    0 reactie(s)

    t

    Afkorting van “het” die “er” betekent.

    T lig vele sneeuw in de Ardennen, we kunnen gaan langlaufen.

    Pas op da je nie uitsliert (uitslieren), t ligt hier zand.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 14 Jan 2017 02:54
    2 reactie(s)

    gelijk dat
    (voegw.)

    op dezelfde manier als, zoals dat

    VMNW: Oudste attestatie: Limburg, 1200
    Tastt ende siet, want en gheest en heft noch vleesch noch been, gelijc+dat gi mi siet hebben. Diat. p. 278, r. 27-28, Brabant-West, 1291-1300

    Man, we gaan nog zo eens koersen met onze fiets gelijk dat we da vroeger deden. Dat was machtig!

    Gelijk dat hij nu werkt, dat is toch ongelooflijk. Zo’n energie!

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door fansy op 14 Jan 2017 02:52
    0 reactie(s)

    freeter
    (de ~ (m.) , ~s)

    mond, bakkes

    > Beledigende en/of misprijzende verwijzing

    Den die èè geen’en eenen tand ni meer in zene freeter ston. (Die heeft geen enkele tand meer in zijn mond.)

    Fretten doede met oewe freeter. (Eten doet ge met uwe mond.)

    De fretter fret met zijnen freeter. (De gulzige eter eet met zijn mond.)

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door fansy op 14 Jan 2017 02:51
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.