Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
het lijkt erop
(nevest: naast)
Mijnen hond is wel geen raszuivere chihuahua, maar ze heeft er nevest gelegen in’t schap.
onderdeel van een legkast, linnenkast
tapkast (nl. de planken)
ook schab, meervoud schabben, schap, van ’t ~
vgl schapraai
Van Dale: schap, (het, de; schappen)
2. plankenkast, legkast, (gewestelijk)
3. tapkast, (gewestelijk)
Voor mij nen trappist van ’t schap a.u.b. (d.i. niet gekoeld)
niet gekoelde drank (bier), niet uit de frigo of van ’t vat (vat, van ’t ~)
ongekoeld, op kamertemperatuur
Een Koningske? Van ’t vat of van ’t schap?
Een trappist van ’t schap is het allerlekkerste!
onderdeel van een legkast, linnenkast
tapkast (nl. de planken)
ook schab, meervoud schabben
vgl schapraai
Van Dale: schap, (het, de; schappen)
2. plankenkast, legkast, (gewestelijk)
3. tapkast, (gewestelijk)
Voor mij nen trappist van ’t schap a.u.b. (d.i. niet gekoeld)
boeman, kinderschrik; een geheimzinnige figuur die stoute kinderen angst aanjaagt
Een combinatie van peetie in de zin van ‘vent’ en loetie: iemand met een wispelturig karakter.
Dikwijls uitgesproken als ‘pieteloetie’.
Zie ook: bietebauw
Wie in de klas te veel lawaai maakte, zo dreigde de meester, zou vroeg of laat achteraan in de schapraai gestoken worden, alwaar de misnoegde peetieloetie woonde!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.