Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door nthn

    schoelint
    (zn. o. -en)

    veter

    < schoe was het oorspronkelijke enkelvoud. Later werd het meervoud van schoe = schoen als enkelvoud gebruikt.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Schoe: oorsprong skuo > scoe > schoe: schoen is het meervoud van schoe. De oorspronkelijke vorm schoe is tot in de 17de en 18de eeuw naast schoen blijven bestaan. Zoo nog heden in Zuidndl.; (De Bo) ook tal van samenstellingen ald.

    zie ook: nestel, rijkoord, ringkoord; verzamellemma kledij

    Zijn schoelinten en pasten geen beetje bij de schoenen die hij droeg.

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 28 Mar 2020 12:36
    3 reactie(s)

    ringkoord
    (de ~ (v.), ~en)

    veter, rijgkoord
    uitspraak: riengkoord

    zie ook: nestel, rijkoord, schoelint; verzamellemma kledij

    Bindt je ringkoorden toe anders val je er over.

    Regio Brugs Ommeland
    Bewerking door nthn op 28 Mar 2020 12:36
    2 reactie(s)

    kledij
    (verzamellemma)

    De Vlaamse garderobe ziet er betrekkelijk anders uit dan de Nederlandse. In dit lemma bewaren we een lijst van allerlei Vlaamse kledingsstukken en gerelateerde terminologie, evenals uitdrukkingen die naar deze kledij verwijzen. Een aanzienlijk deel van deze terminologie is (duidelijk) geleend van de zuiderburen, maar er zijn ook verschillende gevallen waarbij de Hollander, en dus de Nederlandse standaardtaal, een Frans woord gebruikt, terwijl de Vlaming er zelf een woord voor heeft bedacht. Bij de gelinkte lemma’s zijn er bovendien nog talloze andere namen voor kledingsstukken te vinden.

    kledij:
    aanstekers
    baai
    bain de soleil
    badkostuum
    bovenlijfke
    bretellen
    broeksriem
    centuur
    cravat
    debardeur
    duffelcoat
    frak
    frennen
    frulleke
    gilet
    golf
    gordel
    kap
    kaptrui
    kaspoesjeir
    klak
    kleed(je) (+ avondkleed, bloemekeskleed, communiekleed, doopkleed, slaapkleed, trouwkleed, zomerkleed, …)
    knop
    kostuum
    k-way
    lits
    manchetknop
    mantel
    marcelleke
    nestels
    neuke
    onderlijfke
    overal
    palto
    pantoffels
    plastron
    pression
    pull
    regenscherm
    rijkoord
    sletsen
    sloefen
    sous-pull
    tailleur
    tallon
    tiret
    veston
    voorschoot

    werkwoorden:
    fronsen
    opplooien
    plooien
    sletsen

    varia:
    avondkledij
    droogkast
    droogkuis
    gele hesjes
    kapstok
    kroon, de ~ ontbloten
    okselvijver
    smink
    tent
    wasmachien

    uitdrukkingen:
    frak, amaai mijne ~
    klak, amai mijn ~
    broek, de ~ dragen
    ene frak en twee schoenen
    Jean met de klak
    klak, er met de ~ naar gooien
    kiekens, de ~ zitten door den draad
    kleedje, in een nieuw ~ steken
    met de klak rondgaan
    nestel, zijnen ~ afdraaien

    > andere betekenis van kledij

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 28 Mar 2020 12:35
    2 reactie(s)

    nestel, zijnen ~ afdraaien
    (uitdr.)

    héél hard werken, met een bijklank dat dat harde werk weinig geapprecieerd wordt

    ook toppel, zijnen ~ afdraaien, nikkel, zijnen ~ afdraaien

    zie ook verzamellemma kledij

    Gij zijt ne schone gij! Ik mijne nestel maar afdraaien terwijl gij op uw lui krent zit en dan nog reclameren ook nog omdat er niet op tijd eten op tafel staat!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door nthn op 28 Mar 2020 12:35
    0 reactie(s)

    nestel
    (de ~ (m.), ~s)

    schoenveter

    Middelnederlandsch Woordenboek:
    Riem of band om iets vast te maken, bepaaldelijk voor het dichtrijgen van kleedingstukken, met name de broek en het schoeisel.

    Woordenboek der Nederlandsche Taal: Koord waarvan het einde gestoken wordt in een malie, ten einde het gemakkelijk door een opening te kunnen halen; veter. Thans in de algemeene taal van Noord-Nederland weinig meer in gebruik.
    De nestels der bottinnen, Conscience (ed. 1868).
    Nestelschoen, rijgschoen; in Zuid-Nederland (Cornelissen-Vervliet)

    uitdrukking: nestel, zijnen ~ afdraaien

    Brugs Ommeland: ringkoord, schoelint
    Oost- Vlaanderen: rijkoord
    Waasland: neisteling

    zie ook verzamellemma kledij

    Bootlaces

    Ik ben over mijne losse nestel gestruikeld.

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door nthn op 28 Mar 2020 12:34
    6 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.