Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
onderhemdje
zie ook lijfke, lijfrok, ongerliefke, marcelleke, hemmeke, onderhemmeke, lee, liefbaai; verzamellemma kledij
Ik heb een onderlijfke aan onder mijn hemd.
Sommigen dragen een bovenlijfke als onderlijfke.
strikje, vlinderdas
Diminutief van “neu”
< Frans: le noeud
zie ook verzamellemma kledij
Uw neuke hangt scheef.
“Een strikje, of neuke, door zoals ze bij ons zeggen wordt meer en meer genomen als vervanger van een stropdas.” (blog)
“Ik heb het neuke toen één keer aangedaan, à la minute. Tot ze uit mijn zicht verdwenen waren. Voor mijn neukesperiode droeg ik dassen. Daarna niets meer.” (blog)
schoenveter
ook hondendrol
zie ook nestel; verzamellemma kledij
Mooie veelkleurige neistelingen in jouw schoenen, maar je moet ze wel binden want ze zijn los.
Pas op! Trap nie in ne neisteling! Met al die honden hier.
veter
< rijgkoord
Leiestreek: riekoorde
zie ook: nestel, ringkoord, schoelint; verzamellemma kledij
Doe uw rijkoorden eens dicht, straks struikelt ge nog.
veter
< schoe was het oorspronkelijke enkelvoud. Later werd het meervoud van schoe = schoen als enkelvoud gebruikt.
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Schoe: oorsprong skuo > scoe > schoe: schoen is het meervoud van schoe. De oorspronkelijke vorm schoe is tot in de 17de en 18de eeuw naast schoen blijven bestaan. Zoo nog heden in Zuidndl.; (De Bo) ook tal van samenstellingen ald.
zie ook: nestel, rijkoord, ringkoord; verzamellemma kledij
Zijn schoelinten en pasten geen beetje bij de schoenen die hij droeg.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.