Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door nthn

    koterij
    (verzamellemma)

    De Vlaming is, zacht uitgedrukt, erg gesteld op zijn koterij in de bouwkunde, maar even goed in de taalkunde. In dit lemma bewaren we een overzicht van een hele rist koten – ‘koterij’ is hiervan het collectief meervoud. In se is elke afgesloten ruimte kleiner dan een volwaardige woonst een kot (hoewel het woord ‘kot’ ook als koosnaam voor een huis kan aangewend worden), waardoor er constant nieuwe samenstellingen kunnen ontstaan. Naast deze samenstellingen bestaan er ook ettelijke typische uitdrukkingen die rond een of ander ‘kot’ draaien.

    Samenstellingen:

    apenkot
    ballenkot
    bezemkot
    buskotje
    druppelkot
    duivenkot
    fietsenkot
    fritkot
    hoerenkot
    hondenkot
    jeneverkot
    kattenkot
    kiekenkot
    koffiekot
    platen kot
    rokerskot
    stemkotje
    studentenkot
    telefoonkot
    tuinkot
    waskot
    wc-kot
    zottekot

    Studentenjargon:

    kotstudent
    kotbaas, kotmadam
    kotbaasbedrijf
    kotencomplex
    kotreglement
    kotleven
    koteten en daarmee ook kotkilo’s
    kotlabel
    kotbelasting/kottaks
    boerenkot

    Uitdrukkingen:

    kot, het ~ afbreken
    dansen, mijn kot staat te ~
    kot houden
    kot, iemand uit zijn ~ lokken
    kot, uit z’n ~ komen
    kot, op ~ gaan, vervolgens kot, op ~ zitten
    kot, het ~ vrij hebben / kot, het ~ voor zich (alleen) hebben
    kot, het ~ in brand steken
    kot, het ~ is te klein
    kot, eerst een ~ en dan een varken
    Regionaal beperktere uitdrukkingen:
    kot, iemand naar zijn ~ rijden
    kot, er zijn ~ in hebben
    kot, daar hebt ge het ~
    sterven op het kot
    kotje, in een ~ zitten

    zie ook kot, -erij

    > andere betekenissen van koterij

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 01 Feb 2020 00:13
    1 reactie(s)

    koterij
    (verzamellemma)

    De Vlaming is, zacht uitgedrukt, erg gesteld op zijn koterij in de bouwkunde, maar even goed in de taalkunde. In dit lemma bewaren we een overzicht van een hele rist koten – ‘koterij’ is hiervan het collectief meervoud. In se is elke afgesloten ruimte kleiner dan een volwaardige woonst een kot (hoewel het woord ‘kot’ ook als koosnaam voor een huis kan aangewend worden), waardoor er constant nieuwe samenstellingen kunnen ontstaan. Naast deze samenstellingen bestaan er ook ettelijke typische uitdrukkingen die rond een of ander ‘kot’ draaien.

    Samenstellingen:

    ballenkot
    bezemkot
    buskotje
    duivenkot
    fietsenkot
    fritkot
    hondenkot
    kattenkot
    kiekenkot
    koffiekot
    rokerskot
    studentenkot
    telefoonkot
    tuinkot
    waskot
    wc-kot

    Studentenjargon:

    kotstudent
    kotbaas, kotmadam
    kotbaasbedrijf
    kotencomplex
    kotreglement
    kotleven
    koteten en daarmee ook kotkilo’s
    kotlabel
    kotbelasting/kottaks

    Uitdrukkingen:

    kot, het ~ afbreken
    dansen, mijn kot staat te ~
    kot houden
    kot, iemand uit zijn ~ lokken
    kot, uit z’n ~ komen
    kot, op ~ gaan, vervolgens kot, op ~ zitten
    kot, het ~ vrij hebben / kot, het ~ voor zich (alleen) hebben
    kot, het ~ in brand steken
    kot, het ~ is te klein
    kot, eerst een ~ en dan een varken
    Regionaal beperktere uitdrukkingen:
    kot, iemand naar zijn ~ rijden
    kot, er zijn ~ in hebben
    kot, daar hebt ge het ~
    sterven op het kot
    kotje, in een ~ zitten

    zie ook kot, -erij

    > andere betekenissen van koterij

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 01 Feb 2020 00:05
    1 reactie(s)

    kot, eerst een ~ en dan een varken
    (uitdrukking)

    Ge moet de dingen in de juiste volgorde doen. Ge moogt niet te hard van stapel lopen.

    - Voor dat ge die moto koopt zou ik maar zorgen dat ik werk had. Eerst een kot en dan een varken.
    - Mijn verloofde wou eerst een eigen woning vooraleer aan kinderen te beginnen. “Eerst een kot en dan een varken,”zei ze.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 31 Jan 2020 23:53
    2 reactie(s)

    kot, het ~ vrij hebben
    (uitdr.)

    doen wat men wil, zonder toezicht van ouders, partner, baas, enz.
    vrij spel hebben
    letterlijk: het huis voor zich alleen hebben

    - Zit de Paul nu weeral op café?
    - Das zeker, die heeft het kot vrij: zijn vrouw is met haar vriendinnen op citytrip.

    De dieven hadden het kot vrij want het huis was afgelegen en de bewoners waren op verlof.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 31 Jan 2020 23:51
    0 reactie(s)

    wc-kot
    (znw. het ~, ~en)

    wc-hok, afgesloten toilet

    Edmond en Guus zijn een wc-kot binnengevlucht (mensbrugghe.be)

    Hij hield ze in appelsienkisten die hij met verroeste nagels tegen de balken had gespijkerd boven het wc-kot in de hof. (gva.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 31 Jan 2020 23:26
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.