Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
Een schap, stelling. Een schap van een stellingkast om precies te zijn
+ infinitief
bezig zijn met, iets doen
drukt dikwijls wantrouwen of afkeuring uit
Wat zitte gijlie daar te doen?
(Wat zijn jullie daar aan het doen?)
Ze zat rond te lopen.
(Ze was aan ’t rondlopen.)
Wat zitte gij daar te lachten?
(Waarom ben je aan het lachen?)
bezig zijn met, iets doen
drukt dikwijls wantrouwen of afkeuring uit
Wat zitte gijlie daar te doen?
(Wat zijn jullie daar aan het doen?)
Ze zat rond te lopen.
(Ze was aan ’t rondlopen.)
Wat zitte gij daar te lachten?
(Waarom ben je aan het lachen?)
bezig zijn met, iets doen
drukt dikwijls wantrouwen of afkeuring uit
Wat zitte gijlie daar te doen?
(Wat zijn jullie daar aan het doen?)
Ze zat rond te lopen.
(Ze was aan ’t rondlopen.)
Wat zitte gij daar te lachten?
(Waarom ben je aan het lachen?)
om zijn dwaast (zie: om ter)
“Bij slopestyle vertrekken de ‘riders’, want zo heten die dan, en glijden al meteen over een trapleuning, nog een trapleuning, doen een sprongetje, nog een sprongetje. Zodra ze beneden zijn, zetten ze een lullige muts op hun kop en kijken om ter dwaast.” Bron: Hans Vandeweghe in De Morgen: “Ontslagen bij Wielerbond na grap over Seppe Smits”
Hij zat boven mijne kop en we zaten eindelijk om ter dwaast naar mekaar te kijken. Dat noem ik nog ne keer een onvergetelijke waarneming zie! (Natuurforum Vlaanderen)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.