Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
vallen, ineenzakken, ineenstuiken
zie ook stuiken
Met zijn zatte botten (botten, met uw zatte ~) had hij zijn eigen (eigen, zijn ~) mistrapt en hij stuikte er henne, boenk met zijne kop op den trottoir.
Den ambulance is in ’t straat ne mens moeten komen ophalen dien er henne gestuikt was. Een hartaderbreuk.
bakkebaarden (enkelvoud ‘fabrie’ wordt weinig gebruikt)
< Frans: favoris
uitspraak in Antwerpen: klik hier
zie ook fassen, fabré, fabrissen
Hij heeft zijn baard afgedaan, maar zijn fabriezen laten staan.
Stafke Fabri (Antwerpse zanger) had stevige fabries.
(provincie Antwerpen) Ene fabrie, twee fabries. Den ene fabrie was korter afgeschoren dan den andere.
verkorte vorm van eigenlijk
wordt (half)lang uitgesproken, in tegenstelling tot de boom
’k Heb eik geen goesting voor nog te koken vanavond, gaan we nie gewoon nog ne keer naar ’t frietkot gaan?
nu
wordt anders dan in Holland nooit niet gebruikt als tussenwerpsel, en wordt uitgesproken als éénklank /noa/
ook in de Noorderkempen
Als ge nou nie ou huiswerk maakt, krijgde vanavond gene fret.
zie ook: speculoos
Hasselt: spek-lââs
Worom moog ich mien sjpikkelaeske neet soppe in de kaffe?
Waarom mag ik mijn speculaasje niet doppen in de koffie?
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.