Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door nthn

    rondel
    (znw. de ~ (v.), ~len)

    ringvormig metalen tussenstuk

    klemtoon op de tweede lettergreep

    zie ook rondelleke

    Een ring of sluitring (in Vlaanderen ook bekend als rondel) is een vlak voorwerp met een gat in het midden dat over een schroef of draadeind past en dat onder een schroef, bout of moer wordt geplaatst. (wikipedia)

    SN/NL: (sluit)ring
    in (het) Nederland(s) wordt ‘rondel’ gebruikt voor een onbedrukt muntstuk

    < Frans: rondelle

    zie ook vijs

    Ring

    Ja lap, we mogen terug naar den Ikea, der zaten twee rondellen te veel, maar twee bouten te weinig in ons bedpakket.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 29 Jun 2020 00:33
    1 reactie(s)

    bieke
    (het ~ , ~s)

    bijtje
    zie bie

    Er vliegen hier veel biekes rond. Pas maar op dat ze u niet steken.

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 29 Jun 2020 00:31
    0 reactie(s)

    bieke
    (het ~ , ~s onz. zelfst. nw.)

    mooi meisje, mooie vrouw

    ook regio Antwerpen, waar “bieke” bovendien ook waardering voor objecten uitdrukt

    Amai, das nogal een bieke daar aan den toog.

    Gij zijt een bieke ze.

    “Da’s een bieke se!” zei mijn nonkel over zijn eerste VW-kever.

    Provincie Vlaams Brabant
    Bewerking door nthn op 29 Jun 2020 00:30
    2 reactie(s)

    geneeskunde
    (verzamellemma)

    Ook de Vlaming heeft al eens last van kwaaltjes allerhande, maar zowel voor de aandoeningen als voor de remedies verschilt zijn taalgebruik van het Nederlands. Overigens put de Vlaming, in tegenstelling tot de Nederlander, zijn scheldarsenaal helemaal niet uit ziektes. In dit lemma bewaren we een overzicht van allerlei Vlaamse terminologie gelieerd aan de gezondheidszorg.

    aandoeningen:
    abces
    appelsienhuid
    appelsienvel
    appendicite
    attak
    bleinen
    bommaziekte
    buikstorm
    brand
    bronchite
    cellulite
    crise
    deshydratatie
    deurvlogentheid
    dikoor
    draaien
    draaiing
    flebit
    fleuris
    geel
    geestesgestoord
    geraaktheid
    griepig
    kerkhofblommen
    kettingziekte
    kiekeborst
    kiekhoest
    klem
    klierkoorts
    knikkebolziekte
    krab
    nevenverschijnsel
    notarisziekte
    pellekes
    plekken
    ’t pootje
    rattenziekte
    rodehond
    sciatique
    sinusite
    slaptitude
    slepende ziekte
    stekkebenen
    tic nerveux
    vallende ziekte
    valling
    vriesblaar
    vuil ziekte
    wateroog
    weeroog

    onechte aandoeningen:
    hypo
    jupilitis
    manzjenieziekte
    Sinte-Medunkt
    vanbrustum

    het menselijk lichaam:
    billen
    het hert
    kaaken
    karuur
    kas
    kop
    poep
    vel
    wervelzuil
    wijsheidstanden

    gezondheidsverlening:
    arbeidsgeneesheer
    baxter
    cocoonvaccinatie
    collocatie
    dokteres
    dokter van wacht
    dokteur
    doktoor
    gasthuis
    Geel
    Geneeskunde voor het Volk
    geneesmiddel, wit ~
    generisch geneesmiddel
    Het Vlaamse Kruis
    honderd
    hospitaal
    hospitalisatie
    huisapotheker
    huisartsenwachtpost
    intensieve
    intensieve zorgen
    internering
    kinderbed
    kine
    kinesist
    kinesitherapeut
    kinesietherapie
    kliniek
    materniteit
    medicijnen
    militair geneesheer
    moederhuis
    mug
    nko-arts
    O.K.
    operatiekwartier
    palliatieve
    pikuur
    plaaster
    plaasterspecialist(e)
    plakker
    plomberen
    recupereren
    senologie
    spoed
    spoedarts
    sportkinesist
    suppo
    tandplaaster
    tantist
    urgentiearts
    valse tanden
    vals gebit
    vloed
    wasdom
    windel
    witte schort
    witte sector
    zorgen
    zorgkundige
    zothuis

    documenten:
    dixitattest
    doktersbriefje
    gmd
    klevertje
    maagdelijkheidsattest
    sis-kaart
    ziekenbrief

    uitdrukkingen:
    beterhand, aan de ~ zijn
    in het kinderbed blijven
    klot, van zijne ~ vallen
    laste, ten ~ van de patiënt
    losbreken
    mensen, het zit onder de ~
    vallen, van zijnzelve ~
    sus, van zijne ~ draaien
    ziek vallen
    ziek vieren

    varia:
    arbeidsonbekwaam
    Bednet
    berechten
    b-fast
    center
    compensatiekas
    corona (voorvoegsel samenstellingen)
    coronacoalitie
    coronacommissaris
    coronanummer
    coronaregering
    coronavluchteling
    coronavrijwilliger
    disponibiliteit
    gezondheidsfactuur
    griepcommissaris
    hospitalisatieverzekering
    kiwimodel
    maandstonden
    medische bijpremie
    mutualiteit
    noodnummer
    orde van artsen
    orde van geneesheren
    pyjamadag
    regels
    Riziv
    sanitair
    systeem
    voos
    werkonbekwaam
    wetsdokter
    wetsgeneesheer
    witte frak
    ziekenbond
    ziekenkas

    -

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 29 Jun 2020 00:28
    5 reactie(s)

    weeroog
    (de ~ (v.), ogen)

    een zweertje op het ooglid

    Zie ook: pisoog, zwientje, zwienesteke, weenderik, pinkoog

    zie ook verzamellemma geneeskunde

    Chalazion
    Chalazion

    Een weeroog? Dat is zeker van door het sleutelgat te loeren!

    Provincie Antwerpen
    Bewerking door nthn op 29 Jun 2020 00:27
    0 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.