Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
heel
wordt in West- en Oost-Vlaanderen dikwijls gebruikt naast gans
de Vlaamse uitspraakregels volgende, waarbij doffe e’s verdwijnen en h’s quasi niet worden uitgesproken, wordt de uitspraak vervormd tot /geel/ (geheel → gheel → geel)
→ daarop verder de West-Vlaamse uitspraakregels toepassende, wordt de uitspraak daar verder doorvervormd tot /heel/ (met een nadrukkelijk uitgesproken ‘h’, ‘heel’ zou immers uitgesproken worden als /eel/)
in Antwerpen en Vlaams-Brabant blijft het bij ‘heel’ (met een Vlaamse amper-uitgesproken ‘h’)
volgens de Taalunie:
“Wat is correct: heel Europa of geheel Europa?
Beide combinaties zijn correct. Heel is de neutrale vorm; geheel is formeel." (taaladvies.net)
zie ook heel de ~, heel het ~
’k Zit al geheel den dag te zoeken achter een goeie voorbeeldzin.
de/het hele ~
ook: gans de/het ~, de/het ganse ~
ook in combinaties: heel/gans mijn ~ (i.t.t. ‘mijn hele ~’)
in Nederland komen ‘heel de ~’ en ‘heel het ~’ ook wel beperkt voor, maar in Vlaanderen zijn deze vormen de standaard, en zijn ‘de/het hele ~’ geïmporteerd uit het Noorden
de Taalunie beweert dat ‘heel de ~’ een expressievere, spreektalige vorm is van ‘de hele ~’
Ik sta hier nu al heel den tijd te wachten op den trein, en nu pas roepen ze om dat hij nie afkomt.
Der wordt vanavond in gans het land sneeuw verwacht.
Die gast heeft al van heel zijn leven nog gene klop uitgestoken, en nu wint hij nog de lotto ook, awel merci.
heel
wordt in West- en Oost-Vlaanderen dikwijls gebruikt naast gans
de Vlaamse uitspraakregels volgende, waarbij doffe e’s verdwijnen en h’s quasi niet worden uitgesproken, wordt de uitspraak vervormd tot /geel/ (geheel → gheel → geel)
→ daarop verder de West-Vlaamse uitspraakregels toepassende, wordt de uitspraak daar verder doorvervormd tot /heel/ (met een nadrukkelijk uitgesproken ‘h’, ‘heel’ zou immers uitgesproken worden als /eel/)
in Antwerpen en Vlaams-Brabant blijft het bij ‘heel’ (met een Vlaamse amper-uitgesproken ‘h’)
volgens de Taalunie:
“Wat is correct: heel Europa of geheel Europa?
Beide combinaties zijn correct. Heel is de neutrale vorm; geheel is formeel." (taaladvies.net)
’k Zit al geheel den dag te zoeken achter een goeie voorbeeldzin.
Heel wat woorden worden in VL anders uitgesproken dan in NL. Dan gaat het niet zozeer over regelgebonden uitspraken zoals de zachte g, maar over woorden zoals pyjama dat in VL als pie-zja-ma en in NL als pie-jaa-maa uitgesproken wordt. Of over klemtonen zoals bij burgemeester waarbij in VL het accent op de eerste lettergreep valt en in NL op de derde. Bij leenwoorden hanteert men in NL zeer dikwijls een nabootsing volgens de Nederlandse klankwetten van de klanken in de oorspronkelijke taal (meestal Engels of Frans), terwijl de uitspraak in VL vervlaamst wordt. Soms wordt in VL een Franse uitspraak gehanteerd, dan volgt de uitspraak in NL meestal het Engels.
Voor Engelse leenwoorden met korte a is er een afzonderlijk lemma waar deze gevallen ondergebracht kunnen worden.
Het spijtige is dat de VL media voor deze woorden de NL uitspraak gebruiken ondanks dat de VL uitspraak in VL zeer algemeen is. Dit is een aanfluiting van de V die voor Vlaams staat in o.a. vrt en VTM.
Wat klemtonen betreft kan voor het West-Vlaams algemeen gesteld worden dat de klemtoon zeer dikwijls op de eerste lettergreep ligt (zoals ook in het nabije(re) Engels), ook en wellicht het meest opmerkelijk bij eigennamen. Bijvoorbeeld, waar een doorsnee Vlaming of Nederlander de naam Stefa*nie* zal uitspreken zoals de Fransen, met de klemtoon op de laatste lettergreep, heet deze vrouw in West-Vlaanderen *Ste*fanie. De West-Vlaamse politieker Vande La*not*te heet in zijn thuisprovincie *Van*de Lanotte.
zie ook Breda, Spa: vokaalreductie
alfabetische lijst:
‘s anderendaags: VL: san·dren·da(a)gs; NL: san·de·ren·daags
Afrika: VL: a·fri·ka; NL: aa·fri·kaa
Amerika: VL: a·mee·ri·ka; NL: a·mee·ri·kaa
Antarctica (idem Arctica): an·tarc·ti·ca; NL: an·tarc·ti·caa
archipel: VL: ar·chi·pel; NL: ar·chi·pel
asfalt: VL: as·falt; NL: as·falt
Bernard: VL: ber·naar (Frans); NL: bern·(h)art (Engels)
bijna: VL: bij·na(a)/be·na(a) (zie ook bekan); NL: bij·naa
bikini: VL: bi·ki·ni; NL: bi·ki·ni
burgemeester: VL: bur·ge·mees·ter; NL: bur·ge·mees·ter
cacao: VL: ca·ca·oo; NL: ca·caa·oo
carnaval: VL: kar·na·val (Frans); NL: kar·na·val (Engels)
cichorei: VL: sjie·ko·rei; NL: sie·cho·rei (± fonetisch)
clitoris: VL: cli·too·ris (beide i’s als in fiets); NL: cli·to·ris (beide i’s als in dik)
conciërge: VL: kon·s·jer·zje (± Frans); NL: kon·zjer·zje
coup: VL: koe (Frans); NL: koep (± fonetisch)
dement: VL: dee·ment; NL: de ment
detective: VL: de·tek·tie·ve/de·dek·tie·ve (fonetisch); NL: die·tek·tif (Engels)
Doornroosje: VL: doo·rn·roo·sje; NL: doo·rn·roo·sje
doorprikken: VL: door·prik·ken; NL: door·prik·ken
dossier: VL: dos·sier (fonetisch); NL: do·sjee (Frans)
elixir: VL: ee·liek·sier/ee·lieg·zier (Arabisch, ‘g’ uitgesproken als in het Engelse ‘good’); NL: ee·lik·ser (‘lik’ uitgesproken als ‘dik’)
encyclopedie: VL: en·cy·clo·pe·die (fonetisch); NL: aun·cy·clo·pe·die (Frans, de ‘aun’ is nasaal)
energie: VL: e·ner·gie (fonetisch); NL: e·ner·zjie/e·ner·sjie (Frans)
essay: VL: es·sè (Frans); NL: es·seej/es·seej (Engels)
Europa: VL: eu·roo·pa; NL: eu·roo·paa
flirten: VL: flir·ten (fonetisch); NL: fleur·ten (Engels)
garantie: VL: ga·ran·tie (Frans; ook ga·ran·sie); NL: ga·ran·tsie
gelijkvloers: VL: ge·lijk·vloers; NL: ge·lijk·vloers
Gerard: VL: zjee·raar (Frans); NL: gee·rart (fonetisch)
gilet: VL: zjie·lee; NL: zjie·lèt
hifi: VL: haai·fi (Brits Engels); NL: haai·faai (Amerikaans Engels)
hostess: VL: hos·tès; NL: hos·tes (Engels)
hygiëne: VL: hy·gjee·ne; NL: hy·gjèè·ne (Frans)
intrige: VL: in·trie·ge (fonetisch); NL: in·trie·zje/in·trie·sje (hypercorrecte uitspraak van intrige met /ž/ -Frans intrigue)
Israël: VL: ies·ra·jel (‘i’ als in ‘kiwi’); NL: is·ra·‘el (‘i’ als in ‘dik’)
jacuzzi: dja·koe·zi/zja·koe·zi; NL: ja·koe·zi
jenever: VL: zje·nee·ver; NL: je·nee·ver (fonetisch)
Jos: VL: zjos; NL: jos
Koran: VL: koo·ran; NL: ko·raan
lavabo: VL: la·va·boo; NL: la·vaa·boo/la·vaa·boo
Lutgart: VL: lut·gart; NL: lutgart
mammoet: VL: mam·moet; NL: mam·moet
meteen: VL en NL: mè·teen (‘mè’ als in ‘bed’); VL media: me·teen (‘me’ als in ‘der’)
Monaco: VL: Mo·na·coo; NL: Moo·naa·coo
monopoly: VL: mo·no·poo·ly; NL: mo·noo·pe·ly (Engels)
nasi (goreng): VL: naa·zi; NL: na·si
Nobelprijs: VL: No·bel.prijs; NL: No.bèl·prijs
nostalgie: VL: nos·tal·gie (fonetisch); NL: nos·tal·zjie/nos·tal·sjie (Frans)
omwenteling: VL: om·wen·te·ling; NL: om·wen·te·ling
onderhoud: VL: on·der·houd; NL: on·der·houd
parameter: VL: pa·ra·mee·ter; NL: pa·raa·m?·ter
parfum: VL: par·fui (Frans, de ‘ui’ is nasaal); NL: par·fum (fonetisch)
passagier: VL: pas·sa·gier (fonetisch); NL: pas·sa·zjier/pas·sa·sjier
per: VL: ‘per’ als ‘der’; NL: ‘per’ als ‘ver’
percent: VL: per·cent (‘per’ als ‘der’); NL: per·cent (‘per’ als ‘ver’)
per se: VL: per see (‘per’ als ‘der’); NL: pèr see (Latijn, ‘pèr’ als ‘ver’)
pikken: VL: pi·ken; NL: p?·ken
pistolet: VL: pis·to·lee; NL: pis·to·lèt
platform: VL: plat·form; NL: plat·form
pyjama: VL: pi·zja·ma; NL: pie·jaa·maa
record: VL: re·kort (fonetisch); NL: ree·koor (Frans)
reünie: VL: ree·ju·nie; NL: ree·u·nie (Franse klemtoon)
Robert: VL: ro·beir (Frans); NL: ro(o)·bert (Engels)
robot: VL: ro·bot; NL: roo·bot
rondpunt: VL: rond·punt; NL: rond·punt
Roodkapje: VL: rood·kap·je; NL: rood·kap·je
salami: VL: sa·la·mi; NL: sa·laa·mi
sceptisch: VL: sep·ties; NL: skep·ties
Sneeuwwitje: VL: sneeuw·wi·tje; NL: sneeuw·wit·je
stadhuis: VL: sta·tuis; NL: stad·huis
steak: VL: stek/stik (Frans); NL: steek (Engels)
super, hyper: VL én NL: su·per, hy·per; VL media: sup·per, hip·per
tabak: VL: ta·bak (zie ook toebak); NL: ta·bak (Frans)
Tenerife: VL: té·ne·rif ; NL: tee·nee·rie·fee
tenzij: VL: ten·zij (‘e’ als in ‘der’, komt van "’t en zij’); NL: ten·zij, ten·zij (‘e’ in beide varianten als in ‘bed’)
terras: VL: tèr·ras; NL: te ras
ticket: VL: tie·kèt (Frans); NL: tik·ket (Engels)
trainen: VL: trei·nen; NL: treej·nen (Engels)
vanille: VL: va·nie·le (fonetisch); NL: va·nie·je (Frans)
verkoop: VL: ver·koop; NL: vér·koop (tegen alle regels in)
werkloosheid: VL: werk·loos·heid; NL: werk·loos·heid
wodka: VL: vod·ka (Slavisch, de ‘d’ is eerder stemhebbend); NL: wot·kaa (de ‘t’ is stemloos)
yoghurt: VL: joe·choert (soms joe·goert; ± Turks); NL: jo·chert, jo·ggert (fonetisch)
zonsondergang: VL: zon·zon·der·gang; NL: zons·on·der·gang
zonsopgang: VL: zon·zop·gang; NL: zons·op·gang
woorden op —ist/—isme/—isch: VL: —ist/—isme/—isch (‘i’ als in ‘fiets’); NL: —?st/—?sme/—?sch (‘i’ als in ‘dik’)
woorden op —tie: VL: —sie; NL: —tsie
woorden op —tje/—dje: VL: —tje (de t- en j-klanken komen samen zoals in ‘checken’); NL: —t·je (de t- en j-klanken worden apart uitgesproken)
woorden met —ci— of —ti— (bv. ‘officieel’, ‘politioneel’): VL: —s·j— (de s- en j-klanken worden apart uitgesproken); NL: —sj—, —tsj— (de s- en j-klanken komen samen zoals in ‘sjaal’ of ‘checken’)
woorden met dis—: VL: dis— (‘i’ als in ‘fiets’); NL: d?s— (‘i’ als in ‘dik’)
woorden op —achtig: VL: klemtoon op woord zelf; NL: klemtoon op achtig en adempauze tussen woord en achtig → bv. VL: ze·nu·wach·tig; NL: ze·nuw acht·ig
Vlamingen spreken Breda en Spa met een korte /a/ uit, Nederlanders met een lange /aa/
Eveneens met gereduceerde eind-a:
Angela
bodega
thema
zie ook Vlaamse uitspraak
…en KORTE /a/’s aan het woordeinde, bv. in Breda, Spa en thema.
(Vocaalreductie in het Standaardnederlands in Vlaanderen en Nederland)
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.