Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
vrouw, wijf (in de oorspronkelijke betekenis, zijnde vrouw)
buiten West-Vlaanderen voornamelijk bekend van de megahit “Me wuf is weg” van Kamiel
https://www.youtube.com/watch?v=2-FsOHR6tVA
“wuven en duven, doen het geld opstuven”
= vrouwen en duiven, doen het geld opstuiven
dan
stamt uit een veel oudere stemloze variant, die o.a. in het IJslands ‘þá’ werd
uitspraakvarianten: ten (tèn), ton
ook in West-Vlaanderen
- Meneer, uw spriet staat open!
- Ja, en ten?
Ze zeidt dat ze nog lange gingt bluven, mo z’is ton ommeki toch mo naar hust gegaan. (Ze zei dat ze nog lang zou blijven, maar ze is dan plots toch maar naar huis gegaan.)
kinderen
ook: jongers
Mijn gebuur heeft vijf joengers, twee knechten en drie meistjes.
haar
de nevenvorm van haar “heur” bestaat ook in het AN, het werd wel eens door schrijvers die zich erg om de stillistische kwaliteiten bekommerden gebruikt om de koppeling “haar haar” te vermijden, dat werd dan “heur haar” (verouderd en zeldzaam);
in veel Vlaamse dialecten is het de normale uitspraak van het vrouwelijk bezittelijk voornaamwoord. Het verandert naargelang het geslacht van het woord waar het bij staat:
(m) heure vent; heuren opa (-n voor klinkers en b, h, d, t)
(v) heur moeder
(o) heur huis
(mv) heur kinderen
Ze pakte heur spullen bijeen, stapte in heuren auto en reed terug naar heur moeder.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.