Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
de paardenwesp is in België en in Nederland de volksnaam van de hoornaar. Dit is een grote roofwesp (3,5 cm), die tegenovergesteld tot de gewone wesp, of limonadewesp, geen zoetebek is. Ze komt dus niet meeproeven aan een glas.
De paardenwesp heeft misschien haar naam te danken aan de hevige steken die ze toebracht aan paarden, die hierdoor op hol sloegen.
uitspraakvarianten: peeweps, peiweps, perreweps, pierreweps, pjarreweps enz.
De pompiers hebben bij ons een nest paardenwespen komen wegdoen.
wesp
zie paardenwesp
De peren vallen af en sito presto zitten de peiwepsen eraan. Pas maar op dat ge gene peiwepsensteek krijgt als ge ze ramasseert (ramasseren).
soort (grote?) wesp
zie paardenwesp
(Booms) ’Dekt’ave kola af me dien onderlegger, of strak zit’et ie vol me pyewespe!!’
stijve (niet lenig, niet zwak)
(Booms) De zjumenas da’s nix veu mâ, ik zijn nen houten!
Ik zijn ook een houten, dat zijn twee houten bijeen.
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.