Vlaams Woordenboek logo

Het Vlaams woordenboek


Index

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

Log in

Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.

Uw gebruikersnaam
Uw geheime paswoord

  • Log in
  • Wijzigingen door nthn

    el, met iet ~ afkomen
    (uitdr.)

    met iet anders afkomen

    veranderen van gedacht

    zie ook iet el

    Eerst wilde hij dit en nu komt hij met iet el af.

    Regio Vlaamse Ardennen
    Bewerking door nthn op 19 Oct 2020 23:10
    1 reactie(s)

    kerkhofbloem
    (znw. de ~ (v.), ~en)

    chrysant

    eigenlijk: kèrkhofblom(me)

    zie ook chrysantentijd

    Een typisch Vlaams product zijn toch de chrysanten die in heel wat regio’s geteeld worden. Het zijn meer dan kerkhofbloemen alleen. Ze worden dezer dagen op heel wat begraafplaatsen gezet. (hetnieuwsvandaag.vlaanderen)

    Op de plantjen van ’t verkierspark, da gielegans afgebroeiken es, woren ze zeir keirkhofblommen on ’t zetten. Dat es den dezen toyd van ’t joor de blomme die ge oeveral kentj zing. (De Voorpost, 2 november 1984, aalst.courant.nu)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 18 Oct 2020 22:16
    0 reactie(s)

    chrysantentijd
    (begrip)

    periode in oktober/november (rond Allerheiligen) waarin men chrysanten op het kerkhof plaatst bij het graf van dierbaren

    → de chrysant wordt hierdoor in België beschouwd als kerkhofbloem

    Oktober en november is chrysantentijd. Niet alleen dragen heel wat mensen deze bloemen op Allerheiligen naar de graven van dierbare overledenen, de plant siert ook steeds meer salontafels. (gva.be)

    Allerheiligen chrysantentijd (seniorennet.be)

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 18 Oct 2020 22:16
    0 reactie(s)

    hennekot
    (znw. het ~, ~en)

    1) kiekenkot (kot voor kiekens)

    2) zottekot (warboel)

    zie ook verzamellemma koterij

    1) D’henne zit in ’t hennekot ip heur eiers te broedn.

    2) Wuk een hennekot is me dad ier!

    Provincie West-Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 18 Oct 2020 20:23
    0 reactie(s)

    koterij
    (verzamellemma)

    De Vlaming is, zacht uitgedrukt, erg gesteld op zijn koterij in de bouwkunde, maar even goed in de taalkunde. In dit lemma bewaren we een overzicht van een hele rist koten – ‘koterij’ is hiervan het collectief meervoud. In se is elke afgesloten ruimte kleiner dan een volwaardige woonst een kot (hoewel het woord ‘kot’ ook als koosnaam voor een huis kan aangewend worden), waardoor er constant nieuwe samenstellingen kunnen ontstaan. Naast deze samenstellingen bestaan er ook ettelijke typische uitdrukkingen die rond een of ander ‘kot’ draaien.

    Samenstellingen:

    apenkot
    ballenkot
    bergkot
    bergingskot
    bezemkot
    buskotje
    digikot
    doempkot
    drugskot
    druppelkot
    duivenkot
    fietsenkot
    frietkot
    fritkot
    hennekot
    hoerenkot
    hondenkot
    houtkot
    hullekot
    jeneverkot
    kattenkot
    kiekenkot
    koffiekot
    kolenkot
    koolkot
    kotgenoot
    kruipkot
    pandoerenkot
    paskot
    platen kot
    rattekot
    rokerskot
    rommelkot
    smoorkot
    smurfenkot
    stampkot
    stemkotje
    studentenkot
    telefoonkot
    tuinkot
    vogelkot
    vogelkotje
    waskot
    wc-kot
    werkkot
    wietkot
    zottekot
    zuipkot
    zwienekot
    zwijnenkot

    Studentenjargon:
    boerenkot
    kotstudent
    kotbaas, kotmadam
    kotbaasbedrijf
    kotencomplex
    kotfuif
    kotreglement
    kotleven
    koteten en daarmee ook kotkilo’s
    kotlabel
    kotbelasting/kottaks
    luxekot

    Uitdrukkingen:
    blijf in uw kot
    dansen, mijn kot staat te ~
    kot, eerst een ~ en dan een varken
    kot, het ~ afbreken
    kot, het ~ in brand steken
    kot, het ~ is te klein
    kot, het ~ voor zich (alleen) hebben
    kot, het ~ vrij hebben
    kot houden
    kot, iemand uit zijn ~ lokken
    kot, in zijn ~ blijven
    kot, op ~ gaan
    kot, op ~ zitten
    kot, uit z’n ~ komen

    Regionaal beperktere uitdrukkingen:
    Kotegem
    kot, daar hebt ge het ~
    kot, iemand naar zijn ~ rijden
    kot, er zijn ~ in hebben
    sterven op het kot
    kotje, in een ~ zitten
    vogelkotje, tegen het ~ gelopen

    zie ook kot, -erij

    > andere betekenissen van koterij

    Gans Vlaanderen
    Bewerking door nthn op 18 Oct 2020 20:22
    1 reactie(s)

    Nieuwe versie!
    Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze GitHub.

    Het Vlaams woordenboek  |  Concept en realisatie door Anthony Liekens

    Creative Commons License

    Het Vlaams Woordenboek by Anthony Liekens is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-ShareAlike 4.0 International License.