Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
lui zijn, geen initiatief nemen, in bed blijven liggen
zie ook flem, de ~hebben
< Fr. avoir la flemme < It. flemma = traagheid
WNT:
Flemmen, flimmen, niets doen, ook: lanterfanten; lui zijn.
— Na de maaltijd flimt hij in zijnen zetel en rookt een cigaartje, De Bo (1873).
munten met kleine nominale waarde, zoals vroeger de stukken van 25 en 50 centiemen, nu de 1, 2 en 5 eurocent.
Ons klein mannen zijn aan’t leren wiezen, maar met luizegeld.
handen, vingers, voeten
zie ook: pikkels, met zijn ~ omhoog liggen
Ge blijft met uw pikkels af van die postuurkes. Potje breek, potje betaal. Knoop het in uw oren.
leunstoel, fauteuil, luie stoel
NL: bank
Van Dale: (Belgisch-Nederlands) luie stoel
synoniem: fauteuil
Amai, nu plof ik mij in mijne zetel!
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.