Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
een vrouw gekleed in spekkekleuren: roze, turkoois, lichtblauw of geel noemden we een spekkedoze of bonbonnière
Zie ze daar eens paraderen, t’is precies een spekkedoze.
een vrouw gekleed in spekkekleuren, roze, turkoois, lichtblauw of geel noemden we een spekkedoze of bonbonnière
Ergens in de jaren ’80, toen kledij in pastelkleuren mode was, liepen er veel bonbonnières rond.
een vrouw gekleed in spekkekleuren: roze, turkoois, lichtblauw of geel noemden we een spekkedoze of bonbonnière
Zie ze daar eens paraderen, t’is precies een spekkedoze.
snoepje – niet te verwarren met spekkies;
zie ook spekke
VD2014 online: gewestelijk suikerballetje
Etymologiebank:
uitsluitend in Vlaanderen gebruikelijk vrouwelijk woord voor ‘snoepje van gekookte suiker en/of stroop, babbelaar’, later ‘snoepje in het algemeen’:
West-Vlaams: spekke
Oost-Vlaams: spekke, spek
Zeeuws-Vlaams: spekje (Debrabandere 2002, 2005 en 2007).
Moet ge nog ne spek hebben?
snoepje, een bonbon zonder papieren omhulsel
vroeger maakte men spekken van gebrande suiker die op een stenen plaat, het aanrecht, werd gegoten en in vierkante stukjes werd gesneden
zie ook: spek
Na het voorlezen van zijn nieuwjaarsbrief kreeg onze Jan van zijn grootvader een spekke.
Oh, ik verlang zo naar de tijd dat grootmoeder spekken bakte en me daarna op schoot nam en zei, ’kom hier mien spekke, mien keppekindje
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.