Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
universiteit
Van Dale 2018 online: BE; informeel; Belgisch-Frans: unif
De jaren aan d’ unief waren de schoonste van mijn leven.
universiteit
Van Dale 2018 online: BE; informeel; Belgisch-Frans: unif
De jaren aan d’ unief waren de schoonste van mijn leven.
SN: paraaf
Zowel ‘paraf’ als ‘paraaf’ komen van het Franse paraphe/parafe, zelf ooit een inkorting van paragraphe. In Nederland heeft men de tweede a verlengd (mogelijk naar analogie met ‘paragraaf’), in Vlaanderen is deze kort gebleven. Enkel de versie met lange a wordt echter door de Taalunie erkend. Veelzeggend is dat in een studie van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 ‘paraaf’ door 20% van de ondervraagde Vlamingen niet eens werd herkend als een bestaand woord. (nl.wiktionary.org/wiki/paraaf)
zie ook Vlaamse uitspraak, Breda, Spa: vokaalreductie
- Dag meneer, ’t is hier de fakteur me e pakske voor u.
- Ah, moe ’kik iet ondertekenen of azo?
- Gewoon e parafken is goe ze.
Heel wat woorden worden in Vlaanderen anders uitgesproken dan in Nederland. Dan gaat het niet zozeer over regelgebonden uitspraken zoals de zachte g, maar over woorden zoals pyjama dat in Vlaanderen als pie-zja-ma en in Nederland als pie-jaa-maa uitgesproken wordt. Of over klemtonen zoals bij burgemeester waarbij in Vlaanderen het accent op de eerste lettergreep valt en in Nederland op de derde. Bij leenwoorden hanteert men in Nederland zeer dikwijls een nabootsing volgens de Nederlandse klankwetten van de klanken in de oorspronkelijke taal (meestal Engels of Frans), terwijl de uitspraak in Vlaanderen vervlaamst wordt. Soms wordt in Vlaanderen een Franse uitspraak gehanteerd, dan volgt de uitspraak in Nederland meestal het Engels.
Voor Engelse leenwoorden met korte a is er een afzonderlijk lemma waar deze gevallen ondergebracht kunnen worden.
Het spijtige is dat de Vlaamse media voor deze woorden de Nederlandse uitspraak gebruiken ondanks dat de Vlaamse uitspraak in Vlaanderen zeer algemeen is. Dit is een aanfluiting van de V die voor Vlaams staat in o.a. vrt en VTM.
Wat klemtonen betreft kan voor het West-Vlaams algemeen gesteld worden dat de klemtoon zeer dikwijls op de eerste lettergreep ligt (zoals ook in het nabije(re) Engels), ook en wellicht het meest opmerkelijk bij eigennamen. Bijvoorbeeld, waar een doorsnee Vlaming of Nederlander de naam Stefanie zal uitspreken zoals de Fransen, met de klemtoon op de laatste lettergreep, heet deze vrouw in West-Vlaanderen Stefanie. De West-Vlaamse politieker Vande Lanotte heet in zijn thuisprovincie Vande Lanotte.
zie ook Breda, Spa: vokaalreductie
alfabetische lijst:
‘s anderendaags: VL: san·dren·da(a)gs; NL: san·de·ren·daags
Afrika: VL: a·fri·ka; NL: aa·fri·kaa
Amerika: VL: a·mee·ri·ka; NL: a·mee·ri·kaa
Antarctica (idem Arctica): an·tarc·ti·ca; NL: an·tarc·ti·caa
archipel: VL: ar·chi·pel; NL: ar·chi·pel
asfalt: VL: as·falt; NL: as·falt
Bernard: VL: ber·naar (Frans); NL: bern·(h)art (Engels)
bijna: VL: bij·na(a)/be·na(a) (zie ook bekan); NL: bij·naa
bikini: VL: bi·ki·ni; NL: bi·ki·ni
burgemeester: VL: bur·ge·mees·ter; NL: bur·ge·mees·ter
cacao: VL: ca·ca·oo; NL: ca·caa·oo
carnaval: VL: kar·na·val (Frans); NL: kar·na·val (Engels)
casino: VL: ca·zi·noo; NL: ca·sie·noo (zie ook Vlaamse geslachten)
cichorei: VL: sjie·ko·rei; NL: sie·cho·rei (± fonetisch)
clitoris: VL: cli·too·ris (beide i’s als in fiets); NL: cli·to·ris (beide i’s als in dik)
conciërge: VL: kon·s·jer·zje (± Frans); NL: kon·zjer·zje
coup: VL: koe (Frans); NL: koep (± fonetisch)
dement: VL: dee·ment; NL: de ment
detective: VL: de·tek·tie·ve/de·dek·tie·ve (fonetisch); NL: die·tek·tif (Engels)
Doornroosje: VL: doo·rn·roo·sje; NL: doo·rn·roo·sje
doorprikken: VL: door·prik·ken; NL: door·prik·ken
dossier: VL: dos·sier (fonetisch); NL: do·sjee (Frans)
elixir: VL: ee·liek·sier/ee·lieg·zier (Arabisch, ‘g’ uitgesproken als in het Engelse ‘good’); NL: ee·lik·ser (‘lik’ uitgesproken als ‘dik’)
encyclopedie: VL: en·cy·clo·pe·die (fonetisch); NL: aun·cy·clo·pe·die (Frans, de ‘aun’ is nasaal)
energie: VL: e·ner·gie (fonetisch); NL: e·ner·zjie/e·ner·sjie (Frans)
essay: VL: es·sè (Frans); NL: es·seej/es·seej (Engels)
Europa: VL: eu·roo·pa; NL: eu·roo·paa
flirten: VL: flir·ten (fonetisch); NL: fleur·ten (Engels)
foto: VL: fo·too; NL: foo·too
fotografie: VL: fo·to·gra·fie; NL: foo·too·gra·fie
garantie: VL: ga·ran·tie (Frans; ook ga·ran·sie); NL: ga·ran·tsie
gelijkvloers: VL: ge·lijk·vloers; NL: ge·lijk·vloers
Gerard: VL: zjee·raar (Frans); NL: gee·rart (fonetisch)
gilet: VL: zjie·lee; NL: zjie·lèt
hifi: VL: haai·fi (Brits Engels); NL: haai·faai (Amerikaans Engels)
hostess: VL: hos·tès; NL: hos·tes (Engels)
hygiëne: VL: hy·gjee·ne; NL: hy·gjèè·ne (Frans)
intrige: VL: in·trie·ge (fonetisch); NL: in·trie·zje/in·trie·sje (hypercorrecte uitspraak van intrige met /ž/ -Frans intrigue)
Israël: VL: iez·ra·jel (‘i’ als in ‘kiwi’); NL: is·ra·‘el (‘i’ als in ‘dik’)
jacuzzi: dja·koe·zi/zja·koe·zi; NL: ja·koe·zi
jenever: VL: zje·nee·ver; NL: je·nee·ver (fonetisch)
Jos: VL: zjos; NL: jos
kathedraal: VL: ka·tee·draal; NL: kat·te·draal
Koran: VL: koo·ran; NL: ko·raan
lavabo: VL: la·va·boo; NL: la·vaa·boo/la·vaa·boo
Lutgart: VL: lut·gart; NL: lutgart
mammoet: VL: mam·moet; NL: mam·moet
meteen: VL en NL: mè·teen (‘mè’ als in ‘bed’); VL media: me·teen (‘me’ als in ‘der’)
Monaco: VL: Mo·na·coo; NL: Moo·naa·coo
monopoly: VL: mo·no·poo·ly; NL: mo·noo·pe·ly (Engels)
nasi (goreng): VL: naa·zi; NL: na·si
Nobelprijs: VL: No·bel.prijs; NL: No.bèl·prijs
nostalgie: VL: nos·tal·gie (fonetisch); NL: nos·tal·zjie/nos·tal·sjie (Frans)
omwenteling: VL: om·wen·te·ling; NL: om·wen·te·ling
onderhoud: VL: on·der·houd; NL: on·der·houd
parameter: VL: pa·ra·mee·ter; NL: pa·raa·m?·ter
parfum: VL: par·fui (Frans, de ‘ui’ is nasaal); NL: par·fum (fonetisch)
passagier: VL: pas·sa·gier (fonetisch); NL: pas·sa·zjier/pas·sa·sjier
per: VL: ‘per’ als ‘der’; NL: ‘per’ als ‘ver’
percent: VL: per·cent (‘per’ als ‘der’); NL: per·cent (‘per’ als ‘ver’)
per se: VL: per see (‘per’ als ‘der’); NL: pèr see (Latijn, ‘pèr’ als ‘ver’)
pikken: VL: pi·ken; NL: p?·ken
pistolet: VL: pis·to·lee; NL: pis·to·lèt
platform: VL: plat·form; NL: plat·form
pyjama: VL: pi·zja·ma; NL: pie·jaa·maa
record: VL: re·kort (fonetisch); NL: ree·koor (Frans)
reünie: VL: ree·ju·nie; NL: ree·u·nie (Franse klemtoon)
Robert: VL: ro·beir (Frans); NL: ro(o)·bert (Engels)
robot: VL: ro·bot; NL: roo·bot
rondpunt: VL: rond·punt; NL: rond·punt
Roodkapje: VL: rood·kap·je; NL: rood·kap·je
salami: VL: sa·la·mi; NL: sa·laa·mi
sceptisch: VL: sep·ties; NL: skep·ties
Sneeuwwitje: VL: sneeuw·wi·tje; NL: sneeuw·wit·je
stadhuis: VL: sta·tuis; NL: stad·huis
steak: VL: stek/stik (Frans); NL: steek (Engels)
super, hyper: VL én NL: su·per, hy·per; VL media: sup·per, hip·per
tabak: VL: ta·bak (zie ook toebak); NL: ta·bak (Frans)
Tenerife: VL: té·ne·rif ; NL: tee·nee·rie·fee
tenzij: VL: ten·zij (‘e’ als in ‘der’, komt van "’t en zij’); NL: ten·zij, ten·zij (‘e’ in beide varianten als in ‘bed’)
terras: VL: tèr·ras; NL: te ras
ticket: VL: tie·kèt (Frans); NL: tik·ket (Engels)
trainen: VL: trei·nen; NL: treej·nen (Engels)
vanille: VL: va·nie·le (fonetisch); NL: va·nie·je (Frans)
verkoop: VL: ver·koop; NL: vér·koop (tegen alle regels in)
werkloosheid: VL: werk·loos·heid; NL: werk·loos·heid
wodka: VL: vod·ka (Slavisch, de ‘d’ is eerder stemhebbend); NL: wot·kaa (de ‘t’ is stemloos)
yoghurt: VL: joe·choert (soms joe·goert; ± Turks); NL: jo·chert, jo·ggert (fonetisch)
zonsondergang: VL: zon·zon·der·gang; NL: zons·on·der·gang
zonsopgang: VL: zon·zop·gang; NL: zons·op·gang
woorden op —ist/—isme/—isch: VL: —ist/—isme/—isch (‘i’ als in ‘fiets’); NL: —?st/—?sme/—?sch (‘i’ als in ‘dik’)
woorden op —tie: VL: —sie; NL: —tsie
woorden op —tje/—dje: VL: —tje (de t- en j-klanken komen samen zoals in ‘checken’); NL: —t·je (de t- en j-klanken worden apart uitgesproken)
woorden met —ci— of —ti— (bv. ‘officieel’, ‘politioneel’): VL: —s·j— (de s- en j-klanken worden apart uitgesproken); NL: —sj—, —tsj— (de s- en j-klanken komen samen zoals in ‘sjaal’ of ‘checken’)
woorden met dis—: VL: dis— (‘i’ als in ‘fiets’); NL: d?s— (‘i’ als in ‘dik’)
woorden op —achtig: VL: klemtoon op woord zelf; NL: klemtoon op achtig en adempauze tussen woord en achtig → bv. VL: ze·nu·wach·tig; NL: ze·nuw acht·ig
Hier kunnen woorden alfabetisch opgelijst worden die:
- in het Vlaams een ander geslacht hebben dan in het SN
- waar er binnen Vlaanderen verschillen zijn in het gebruik van het geslacht
- waar er discussie is over het geslacht … der engelen ;) (engelen, het geslacht der ~)
account: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
afval: m. in de provincie Antwerpen
album: m. in de provincie Antwerpen
aperitief: m. in Vlaanderen; o. in SN
asfalt: m. in Vlaanderen; o. in SN
atelier: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
(auto)bus: v. in de provincie Antwerpen, m. in W.-/O.-Vlaanderen
beton: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
blog: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
boek: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
bos: m. in W.-/O.-Vlaanderen; o. in SN
broodrooster: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
bureau: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
café: m. in Limburg; o. in SN
casino: m. in Vlaanderen; o. in SN (zie ook Vlaamse uitspraak)
cement: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
combo: v. in Vlaanderen; o. in Nederland
deken: o. in Vlaanderen, v. in Antwerpen; m./v. in Nederland
deksel: o. in Vlaanderen; m. in Nederland
dessert: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
diner: m. in Vlaanderen; o. in SN
dossier: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
dok: v. in Antwerpen en de Kempen; m. in Mechelen en in Oost-Vlaanderen
eigendom: m. in Vlaanderen; o. in SN
filter: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
frituur: o. en v. in Vlaanderen; v. in SN
getuigenis: ANW: O. of v.; in VL v.
gilet: m. in Vlaanderen, v. in Antwerpen-stad; o. in SN
home: m. in Vlaanderen; o. in Schoon Vlaams
ID: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
kaart: m. in West-Vlaanderen, v. in de rest van Vlaanderen; m./v. in SN
kast: v. in Vlaanderen; m. in Nederland
kader: de in Vlaanderen, het in Nederland (zie Van Dale)
kapsalon: Algemeen Nederlands Woordenboek: “Lidwoord, de. Lidwoord, het ((vooral) in België, soms)”
kat: v. in Vlaanderen (kater en kattin zijn respectievelijk m. en v.); m. in Nederland
kleur: o. in Vlaanderen; m./v. in SN
koffer: o. in de provincie Antwerpen; elders m.
kroost: m. in Vlaanderen; o. in Nederland; m./v./o. in SN
lek: m. in de provincie Antwerpen; o. in Nederland
matras: In het Nederlands is matras van oorsprong een de-woord. Tegenwoordig komt matras, met name in Nederland, ook als het-woord voor. In België wordt matras voornamelijk als de-woord gebruikt; in Nederland is zowel de matras als het matras gangbaar. (taaladvies.net)
menu: m. in Vlaanderen; o. in SN
nest: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
omslag: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
orkaan: o. in Antwerpen; v. in de Antwerpse Kempen; m. in SN (zie reacties)
punt (leesteken): o. in Vlaanderen; m./v. in Nederland
rit: v. in Vlaanderen, m. in SN
schilderij: v. in Antwerpen, o. in de Kempen; o. in Nederland
salon: o. in Vlaanderen, m. in SN (bv. ook kapsalon)
t-shirt: m. in Vlaanderen, ook v. in de Kempen; o. in Nederland
techniek: ZN v.; VL: m.
tennis: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
terras: v./m. in W.-/O.-Vlaanderen; o. in SN
thuis: m. in Vlaanderen; o. in Nederland
trottoir: m. in Vlaanderen; o. in SN
venster: v. in Vlaanderen; o. in SN
villa: v. in Vlaanderen; m./v. in SN
voetbal (en andere balsporten): m. in Vlaanderen; o. in Nederland
zand: m. in Limburg; o. in SN
zie ook:
- de, ’t, over de versus ’t
- grammatica: gereduceerd lidwoord (+ link naar lijst van Grytolle)
- straat, t straat
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.