Registreer als nieuwe gebruiker om het Vlaamse Woordenboek op zijn best te kunnen gebruiken. Als ingelogde gebruiker kunt ge bijvoorbeeld nieuwe termen aan ons woordenboek toevoegen, andermans definities verbeteren, en reageren op bestaande definities.
zohaast, zodra
eigenlijk: van zohaast dat
bovendien:
“In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd ‘zohaast’ herkend door:
31 % van de Nederlanders;
49 % van de Vlamingen.” (nl.wiktionary.org/wiki/zohaast)
komt nog maar weinig meer voor, de meeste sprekers gebruiken ‘van zodra dat’
Van zohaast hij lopen kan, klautert hij de molentrap op; zelf wordt hij aleens nog heel klein zijnde bij vader in de molen gebracht als moeder aan de was of wat weet ik bezig hem liever kwijt is. (dekroniekenvandewesthoek.be)
gesloten, ihb van winkels, bedrijven, …
Soms ook gebruikt voor een definitieve sluiting van een bedrijf.
zie ook toe
Morgen is ’t paasmaandag, dan zijn de winkels dicht. Maar den bakker zal wel open zijn.
De Jean kan ander werk gaan zoeken, zijn fabriek in de haven gaat dicht.
gesloten zijn, i.h.b. van winkels, bedrijven, …
zie ook toe voor deur, poort, …
zie ook dicht
Met het paasweekend zijn de banken 4 dagen toe.
Als ge nog brood en toespijs wilt, zult ge u moeten spoeien (spoeien, zich ~) want om 7 uur zijn de winkels toe.
soms, somtijds, af en toe
soms ook vantijds
zie ook van tijd, bijtijds, bijwijlen
Het is nen braven hond maar hij kan vantijd loeten hebben. (loeten, zijn ~ hebben)
af en toe, op zijn tijd, somtijds
uitspr. bijtets, betets
Woordenboek der Nederlandsche Taal: Bij tijden, van tijd tot tijd; In Noord-Nederland in dien zin ongebruikelijk.
zie ook van tijd, vantijd, bijwijlen
Bijtets komt hij hier wel eens, maar nu is ’t lang geleden.
> andere betekenis van bijtijds
Nieuwe versie!
Er is een nieuwe versie van het Vlaams Woordenboek online. Mocht je problemen ondervinden, gelieve deze te melden op onze
GitHub.